top of page

15 minuten met Edouard Louis.

Half zes op een druilerige dinsdagmiddag op het Leidseplein. Half intellectueel Nederland beweegt zich hoogstwaarschijnlijk al richting de hoofdstad om in het Internationaal Theater van Amsterdam naar een man te luisteren die de hedendaagse thema’s van onze tijd - kloven tussen arm en rijk, stad en platteland, ongelijkheid, meritocratie, deindustrialisering, maar toch vooral politiek als vorm van geweld - naar zich toe heeft getrokken en deze op pijnlijke wijze illustreert aan de hand van zijn eigen geschiedenis als klassenmigrant wiens vader en moeder fysiek, financieel en emotioneel geweld is aangedaan door een staat die niet geeft om de mensen uit zijn familie, en om de mensen uit het dorp en regio waarin hij is opgegroeid: Edouard Louis, heet hij.


Ik steek de tramsporen richting het theater over, klap mijn paraplu dicht en ga samen met twee vrienden aan het raam zitten. Koffie en thee wordt besteld, jassen opgehangen.

Plots wordt de voordeur van het theater ruw dichtgeklapt. Twee stoelen worden ertegenaan geplaatst, een medewerker komt naar onze tafel en zegt: ‘We moeten naar achteren, graag meekomen, er is iets in de Apple Store aan de hand’. Het geheel duurt 3 uur: waar we eerst vanuit het raam mensen op de grond zien liggen - een overval, of toch een gijzeling, mensen praten volop - moeten we 15 minuten later dieper het theater in, en achter de bordeauxrode gordijnen wachten. Waar gaandeweg de tijd steeds meer mensen de kans krijgen via de achteruitgang hun weg de nacht in te maken, krijgen we van de organisatie van het ITA nog iets mee: Louis wil de voorstelling koste wat het kost door laten gaan. Omdat we binnen moeten blijven van de politie, is publiek welkom.


Kunst is vervreemdend. Het brengt ons in aanraking met hetgeen we wellicht nog niet kenden, kan aan het denken zetten. Het kan ons tijdelijk buiten het individuele zelf plaatsen, in een wereld waar bepaalde normen verschoven zijn, waar verhalen die op straat gemeengoed zijn, op het podium bevraagd worden, in een wereld die niet de onze is, maar wel de onze kan zijn. Zo’n kracht voel je, wanneer de lampen van een vrijwel leeg Internationaal Theater plots uit gaan, een vrouw op het podium begint te spreken - als het neoliberalisme een persoon was, zou Edouard Louis er dan op spugen? Heeft Louis zijn ouders vergeven? Wie is Edouard Louis? - een man tien minuten de jonge homoseksuele en op school continue geteisterde ‘Eddy Belleguele’ speelt - flikker, homo, nicht - en je aansluitend het interview tussen Louis en Marcia Luyten volgt: je bent plots niet meer bezig met de gijzeling die honderd meter verderop letterlijk en figuurlijk de potentie van geweld vertegenwoordigt die een open en complexe samenleving altijd in zich herbergt. Die altijd op de loer ligt wanneer we als samenleving accepteren dat we niet alles dichtregelen, dat we ‘frictie’ durven toelaten, dat we vrijheid en vervreemding en onzekerheid soms boven veiligheid willen zetten.

De waarde van kunst en vervreemding is belangrijk in een wereld die juist steeds meer onzeker, onvrij en onveilig aanvoelt. Omdat er zoveel onzekerheid heerst, omdat het voor een leider in Rusland mogelijk is een aaneenschakeling van gebeurtenissen te doen ontstaan die potentieel tot een Wereldoorlog kunnen leiden, zijn we als individuele mens wellicht steeds meer geneigd naar orde en gemak. Die orde en gemak wordt ons ook geboden, van flitsbezorgapps tot streamingdiensten. Ons leven wordt frictielozer, kent steeds minder weerstand, terwijl de krachten die op ons inspelen nog evenzozeer de potentie van (politiek) geweld in zich dragen - of dat nu komt doordat de lang opgebouwde spanning op de geopolitieke tectonische platen lostkomt, of door ongelijkheid.


In Edouard Louis zijn werk kan voor ons allen een les verscholen zitten, een waarin duidelijk wordt wat de kracht kan zijn van politiek verzet, gepaard met een scherp beeld hoe politiek en cultuur zowel de katalysator kunnen zijn voor geweld en ‘frictieloze’ levens, alswel vernieuwing.

Dat Louis de voorstelling door laat gaan, is voor mijn gevoel ook niet voor niets. Het niet laten doorgaan van de voorstelling zou in zekere zin hetzelfde zijn als de jonge Eddy Belleguele die nooit het internationale toneel zou betreden, zich nooit zou hebben afgezet tegen pestkoppen, en tegen een politiek systeem die mensen politiek geweld aan doet in de vorm van bezuinigingen en armoede. Het niet laten doorgaan van de voorstelling is als een samenleving die steeds meer zwicht voor het comfort van veiligheid en orde, boven de vrijheid en onvoorspelbaarheid die steden en burgers en kunst voort kunnen brengen. Als een samenleving en politieke gemeenschap die niet terugvecht tegen autoritaire en landjepikkerige leiders.


Dat de politie de voorstelling na een half uur moest afkappen verandert daar niets aan.


37 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Verhaal #18 uit mijn manuscript van roman 'Fragmenten uit het spectrum' Je eerste jaar op de Van Gilseschool in Haarlem was als vanzelf gegaan. Van geheimzinnig briefcontact tussen je moeder en juf Lo

Na het lezen van Cees Zweistra's boek 'Waarheidszoekers', en een interview met een 'complotdenker' - die ik helaas niet kan opvoeren in het stuk - schreef ik dit essay - en eerste blogpost. Ik ben ben

bottom of page